Afstudeeronderzoek naar de effectiviteit van manuele lymfedrainage op armlymfoedeem
Afstudeeronderzoek naar de effectiviteit van manuele lymfedrainage op armlymfoedeem
Samenvatting
Inleiding: De meest voorkomende soort kanker in Nederland is borstkanker. In circa 29,5 % van alle gevallen van kanker gaat het om borstkanker. Van de vrouwen met borstkanker krijgt tussen de 8% en 38% secundair (lymf)oedeem als gevolg van kanker. Voor lymfoedeem bestaan verschillende behandelingen, waaronder manuele lymfedrainage (MLD). Er is echter geen wetenschappelijk bewijs over de effectiviteit van deze behandeling. Het doel van dit onderzoek is een helder beeld te schetsen van de effectiviteit van MLD en deze effectiviteit evidence-based te onderbouwen.
Probleemstelling: Voor dit onderzoek is de volgende hoofdvraag geformuleerd: wat is het effect van de toepassing van MLD op armlymfoedeem bij vrouwen tussen de 20 en 85 jaar na een borstamputatie en een volledige okselklierdissectie?
Methode: Bij het literatuuronderzoek werd uit wetenschappelijke artikelen informatie verzameld over de effectiviteit van MLD. Daarnaast werd voor dit onderzoek vanuit studiemateriaal gebruik gemaakt van de richtlijn van lymfoedeem en de protocollen. Bij het praktijkonderzoek werd de effectiviteit van MLD onderzocht door het meten van de armomtrek van patiënten met armlymfoedeem voor en direct na de MLD-behandeling. Daarnaast vulden twee oedeemtherapeuten een vragenlijst in over de factoren die de effectiviteit van MLD kunnen beïnvloeden.
Resultaten: Uit het literatuuronderzoek is gebleken dat bij MLD-behandelingen een vermindering in het armlymfoedeem kan optreden. Het effect van MLD werd echter niet met cruciaal bewijs aangetoond. Daarnaast valt eruit op te merken dat er factoren bestaan die de effectiviteit kunnen beïnvloeden. Tevens is duidelijk dat er nu geen richtlijn is voor MLD. De beantwoording van de vragenlijst geeft aan dat de oedeemtherapeuten in de patiënt, in de aard van het lymfoedeem en in de manier van uitvoering, factoren zien die het effect van MLD kunnen beïnvloeden. Het veldonderzoek gaf te zien dat na de uitvoering van MLD op verschillende plekken een afname optrad van de armomtrek bij het armlymfoedeem. Deze vermindering van de armomtrek varieerde tussen de 0,1 cm en 2,1 cm. Opmerkelijk had MLD een tijdelijk effect. Dat was te zien aan de toegenomen armomtrek bij elk nieuw meetmoment.
Conclusie: Zowel uit het literatuuronderzoek als uit het praktijkonderzoek is te constateren dat MLD een vermindering kan veroorzaken in het armlymfoedeem bij vrouwen met borstamputatie en okselklierdissectie. Er is echter evidence-based nodig omtrent de effectiviteit van MLD.
Organisatie | De Haagse Hogeschool |
Opleiding | GVS Huidtherapie |
Afdeling | Faculteit Gezondheid, Voeding & Sport |
Jaar | 2015 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |