Onderwijsbehoeften van meisjes op het gebied van meten
'meten als brug tussen werkelijkheid en wiskunde'Onderwijsbehoeften van meisjes op het gebied van meten
'meten als brug tussen werkelijkheid en wiskunde'Samenvatting
Ons land is één van de weinige landen ter wereld waarin al op de basisschool de
rekenscores van meisjes achterblijven bij die van jongens. Internationaal gezien behalen
meisjes dezelfde resultaten vergeleken met jongens. Behalve op het domein meten: hierin
behalen zowel nationaal als internationaal de meisjes lagere scores dan de jongens.
Het doel van dit onderzoek is niet te achterhalen hoe het komt dat meisjes lager scoren dan
jongens. Dit is een complexe vraag, die niet eenvoudig te beantwoorden is.
Het doel van dit onderzoek is wel te achterhalen wat de oorzaken kunnen zijn van mindere
vaardigheden van meisjes op het gebied van meten.
Goed kunnen meten is een praktische vaardigheid, die voor het dagelijks leven van belang is
(Van den Heuvel-Panhuizen & Buys, 2004b).
Dit onderzoek is uitgevoerd op een basisschool in Almere, waar twaalf meetzwakke meisjes
uit groep zeven en acht onderzocht zijn op diverse aspecten met betrekking tot het meten.
Hierbij is uitgegaan van de aandachtspunten van het handelingsgericht werken en van de
theorie van de kernkwaliteiten, waarbij aangesloten wordt bij de sterke kanten van de leerling
en deze verder uitgebouwd worden (Pameijer & van Beukering, 2006; Korthagen &
Lagerwerf, 2009).
Belangrijke uitkomsten van dit onderzoek zijn dat meetzwakke meisjes behoefte hebben aan
bevestiging en ondersteuning, dat er behoefte is aan visualisering van de opdracht, behoefte
aan daadwerkelijk gaan meten en dat het inbouwen van extra oefentijd nodig is om betere
resultaten te behalen.
De betekenis hiervan kan gevolgen hebben voor de inhoud van het rekenonderwijs. Het is
voor meisjes (misschien meer dan voor jongens) van belang om extra vaardigheden op te
bouwen op het gebied van meten vanaf groep één van de basisschool. Daarbij zal het
opdoen van meetervaringen door middel van het uitvoeren van praktische opdrachten de
kern van het meetonderwijs (moeten) gaan vormen.
Dit onderzoek heeft op een kleine schaal plaatsgevonden. De conclusies kunnen derhalve niet als algemeen geldend opgevat worden. Wel is getracht een bijdrage te leveren aan de
vraag hoe het komt dat meisjes minder goed scoren op het gebied van meten dan jongens.
Verder en diepgaander onderzoek zal nodig zijn om hier meer uitsluitsel over te kunnen
geven.
Organisatie | Hogeschool Windesheim |
Afdeling | Education |
Jaar | 2011 |
Type | Master |
Taal | Nederlands |