De NOx emissiegrenswaarden voor middelgrote stookinstallaties veranderen
Wat betekent dit voor Tata Steel Packaging?De NOx emissiegrenswaarden voor middelgrote stookinstallaties veranderen
Wat betekent dit voor Tata Steel Packaging?Samenvatting
Met ingang van 2017 zijn de eisen zoals die nu gelden voor de uitstoot van stikstofoxiden (NOx) uit BEES A, niet meer geldig voor de drie stookinstallaties van Tata Steel Packaging. In dit rapport is onderzocht wat er gaat veranderen met betrekking tot de NOx emissiegrenswaarden en wat dit betekent voor continu gloeilijn 11 (CA11) van Tata Steel Packaging.
Er is in dit onderzoek een inschatting gemaakt van BBT, de bijbehorende nieuwe emissiegrenswaarden en de termijn waarop deze geldig zullen zijn.
De volgende technieken zijn te beschouwen als BBT bij stookinstallaties tot ongeveer 20 MW:
► Optimalisatie verbranding. Hierbij hoort geen typisch emissieniveau.
► (Ultra) Low NOx brander, vaak met air staging (getrapte verbrandingslucht), soms met rookgascirculatie. In de BREF Ferrous Metals Processing van 2001 werd 250 – 400 mg/Nm³ nog gezien als haalbare emissie. Tegenwoordig wordt 80 mg/Nm3 gezien als haalbaar.
► SCR, waarbij een restemissie van 40-50 mg/Nm3 haalbaar is.
De huidige emissiegrenswaarden in de Europese lidstaten lopen sterk uiteen, van 80 tot 400 mg/Nm3. Voor nieuwe installaties zitten de Nederlandse en Belgische emissiegrenswaarden aan de ondergrens (80 en 110 mg/Nm3). Volgens de Richtlijn Industriële Emissies moeten emissiegrenswaarden worden opgelegd, haalbaar conform de BBT technieken. 80-110 mg/Nm3 is haalbaar; maar rekening houdend met beperkingen uit de praktijk zal waarschijnlijk een emissiegrenswaarde van rond de 140 mg/Nm3 opgenomen worden in de nieuwe BREF Ferrous Metals Processing. De waarde in de nieuwe richtlijn voor Medium Combustion Plants ligt vrijwel zeker hoger dan 80-110 mg/Nm3. Een flinke verlaging ten opzichte van wat nu door diverse landen als grenswaarde wordt gehanteerd, zal een aanzienlijke investering vergen en de concurrentiepositie van Europa verzwakken. Het is daarom waarschijnlijk dat de Europese Commissie geen lagere emissiegrenswaarde dan 150-200 mg/Nm3 NOx oplegt aan bestaande installaties die onder deze richtlijn vallen.
Het is onzeker of in het Activiteitenbesluit en in de richtlijn Medium Combustion Plants, geldig voor algemene stookinstallaties, NOx emissiegrenswaarden voor heel specifieke installaties als gloeilijnen zullen worden opgenomen.
Vervolgens is gekeken naar wat de mogelijkheden zijn bij CA11 om aan strengere emissiegrenswaarden te voldoen. Uit de evaluatie blijkt dat mogelijkheden en effecten van het optimaliseren van de verbranding nader onderzocht moeten worden en dat als met optimalisatie niet voldaan kan worden aan de verwachte NOx emissie-eis, het toepassen van (ultra) low NOx branders waarschijnlijk de meest kosteneffectieve maatregel is. Hoeveel NOx reductie met deze maatregel mogelijk is en of dit voldoende is om te voldoen aan de verwachte emissie-eis, is met de op dit moment beschikbare technische informatie niet met zekerheid vast te stellen.
Als CA11 niet kan voldoen aan strengere emissiegrenswaarden, kunnen er, afhankelijk van de omstandigheden, verschillende vervolgtrajecten zijn.
Aanbevelingen:
Monitoren wanneer de nieuwe Europese richtlijn voor Medium Combustion Plants definitief wordt en of deze geldt voor de specifieke gloeilijnen van TSP. De emissiegrenswaarden uit deze richtlijn worden waarschijnlijk opgenomen in het Activiteitenbesluit (voor bestaande installaties per 2025).
Indien de NOx emissie grenswaarden in het Activiteitenbesluit of in de BREF en de omgevingsvergunning, lager zijn dan waar CA11 nu aan kan voldoen:
► Onderzoeken welke typen (ultra) low NOx branders in CA11 toegepast zouden kunnen worden en wat hiervan de verwachte effecten in NOx reductie zijn.
Organisatie | Hogeschool Utrecht |
Opleiding | Milieukunde |
Afdeling | Gebouwde Omgeving |
Partner | TATA Steel, IJmuiden |
Datum | 2014-06-03 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |