(On)rechtmatig binnentreden bij een hennepkwekerij
Een onderzoeksrapport inzake het voortraject van een strafrechtelijk onderzoek naar een illegale hennepkwekerij(On)rechtmatig binnentreden bij een hennepkwekerij
Een onderzoeksrapport inzake het voortraject van een strafrechtelijk onderzoek naar een illegale hennepkwekerijSamenvatting
Softdrugs, hardcrime.
Het aanpakken van de illegale hennepteelt in Nederland is één van de speerpunten van de Nationale
politie. In 2013 zijn er 5300 hennepkwekerijen in Nederland opgerold. Hennepkwekerijen bevinden
zich niet alleen in loodsen, bedrijfspanden en kassen, maar ook in woningen. Voor buren en andere
omwonende zorgt dit voor overlast en veiligheidsrisico’s. De locatie van een illegale hennepkwekerij
komt de politie op verschillende manieren te weten. Eén daarvan is een anonieme melding via “Meld
Misdaad Anoniem”, de zogenaamde MMA-melding. Na het ontvangen van de MMA-melding moet
de politie ‘een redelijk vermoeden’ oftewel ‘een strafrechtelijk verdenking’ hebben om een woning
of een ander soort pand te mogen betreden in de verwachting daar een hennepkwekerij aan te
treffen. Dit onderzoeksrapport zal antwoord geven op de vraag:
Welke adviezen kunnen aan de politie, op basis van de jurisprudentie, worden gegeven ter
verbetering en verduidelijking van de werkinstructies gericht op strafrechtelijke verdenking in het
voortraject van een politieonderzoek naar een illegale hennepkwekerij met als startpunt een
MMA-melding, dit ter voorkoming van onrechtmatig binnentreden in een woning?
Er is onderzoek gedaan naar de wettelijke grondslag van een MMA-melding en het theoretische
kader van een verdenking met als gevolg het binnentreden in een pand of woning. Het gebruiken van
anonieme informatie staat niet geborgd in de wet. Het inwinnen van anonieme informatie door de
politie is toegestaan op grond van artikel 3 van de Politiewet 2012. Aan de hand van jurisprudentie
van de Hoge Raad mag de informatie ook daadwerkelijk worden gebruikt in een strafrechtelijk
onderzoek. De verdenking, waar het in dit onderzoek om gaat, moet concreet en objectief zijn. Het
moet opgebouwd zijn uit feiten en/of omstandigheden.
Het praktijkonderzoek bestond uit:
• Een analyse van de huidige werkinstructie met betrekking tot een verdenking van een
hennepkwekerij.
• Een jurisprudentieonderzoek. Aan de hand van jurisprudentie is gekeken aan welke eisen een
gerechtvaardigde verdenking moet voldoen met als het startpunt een MMA-melding.
Geconcludeerd kan worden dat de huidige werkinstructie van de politie erg beperkt is.
De werkinstructie bestaat uit een checklist. De checklist bevat een opsomming van aspecten die de
politie zou kunnen bekijken om de verdenking sterker te maken. De werkinstructie bevat echter geen
informatie over hoe deze verschillende aspecten onderzocht kunnen worden. Het is van belang te
4
weten hoe de resultaten van bijvoorbeeld de voorverkenning geïnterpreteerd moeten worden om te
komen tot voldoende verdenking. Daarbij is de juridische waarde van de verschillende aspecten niet
terug te vinden in de werkinstructie.
Uit het jurisprudentie-onderzoek kan worden geconcludeerd, dat volgens de Hoge Raad een
verdenking mogelijk is alleen op basis van een MMA-melding. De MMA-melding moet dan wel
concreet en zeer gedetailleerd zijn. De Hoge Raad heeft daarbij aangegeven dat verificatie van de
informatie wel de voorkeur verdient. De rechtbank in eerste aanleg is hier terughoudender. De
rechtbank verwacht dat, hoe concreet en gedetailleerd de MMA-melding ook is, er naast een
verificatie ook aanvullende informatie moet zijn om de verdenking sterker te maken. Dit kunnen
eerdere antecedenten zijn of een eigen waarneming van een politieagent rondom de betreffende
woning.
Er zal na het ontvangen van de MMA-melding altijd in meer of mindere mate een onderzoek moeten
plaatsvinden door de opsporingsambtenaar om ervoor te zorgen dat er voldoende sprake is van een
verdenking op grond van artikel 9 lid 1 sub van de Opiumwet. Hoe concreter en specifieker de MMAmelding
is, des de minder kans bestaat dat het een onrechtmatig binnentreding betreft.
Ter verbetering van de start van een strafrechtelijk onderzoek naar een hennepkwekerij is aan de
hand van de geanalyseerde jurisprudentie een stroomschema ontwikkeld. Het stroomschema geeft
aan wanneer er voldoende sprake is een verdenking. Bij het stroomschema is een toelichting waarin
de verschillende stappen zijn uitgewerkt in acties die de politie moet uitvoeren.
Organisatie | Hogeschool Leiden |
Opleiding | HBO-Rechten |
Afdeling | Faculteit M&B |
Datum | 2014-09-29 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |