Effecten van ouderbegeleiding op de kauwvaardigheden en acceptatie van vast voedsel bij kinderen van 15 maanden oud: een experimenteel onderzoek
Effecten van ouderbegeleiding op de kauwvaardigheden en acceptatie van vast voedsel bij kinderen van 15 maanden oud: een experimenteel onderzoek
Samenvatting
Inleiding: Vanaf een leeftijd van circa 6 maanden zijn kinderen ontvankelijk voor het eten van vast voedsel. Er is evidentie dat wanneer een kind ervaring opdoet met grovere voedingstexturen, zijn kauwvaardigheid ontwikkelt en zijn acceptatie van vast voedsel toeneemt. Naast de rijping van de orale structuren, hebben de ouders invloed op de ontwikkeling van het eetgedrag van het kind aangezien zij het eten aanbieden. Dit onderzoek trachtte inzicht te geven in het effect op de kauwvaardigheden en acceptatie van vast voedsel bij kinderen van 15 maanden oud als ouders begeleid worden bij het introduceren van vaste voeding.
Methode: In dit experimentele onderzoek zijn gegevens gebruikt uit een studie van het onderzoeksinstituut CSGA. In die studie zijn 61 Franse kinderen van 8 maanden oud willekeurig verdeeld over twee groepen. De ouders van één groep kregen gedurende zeven maanden professionele begeleiding bij het aanbieden van vaste voeding. Op een leeftijd van 15 maanden zijn de kinderen gefilmd terwijl zij in twee laboratoriumsessies acht vaste voedingsproducten aten. In huidig onderzoek zijn deze video-opnamen van 54 kinderen geobserveerd om de kauwvaardigheid voor één van de voedingsproducten te beoordelen met de KauwObservatie en Evaluatie (KOE), de kauwduur en het aantal kauwcycli. Daarnaast zijn signalen van ongemak geobserveerd: kokhalzen, gruwelen, hoesten/verslikken, verwijderen en weigeren. De data zijn statistisch geanalyseerd.
Resultaten: Een deel van de onderzoekspopulatie at voldoende standaardporties om te beoordelen met de meetinstrumenten. De resultaten van 24 kinderen die drie standaardporties aten toonden een significant hogere score voor de KOE-items ‘laterale tongbewegingen’, ‘slikken’ en ‘vloeiendheid’ bij de groep kinderen waarvan ouders geen begeleiding kregen. Ook de totaalscore van de KOE bleek significant hoger bij deze groep. Voor de overige vijf KOE-items, kauwduur, aantal kauwcycli en de signalen van ongemak is geen significant verschil tussen beide groepen aangetoond.
Discussie: Uit dit onderzoek blijkt dat enkele aspecten van de kauwvaardigheid beter ontwikkeld waren bij de groep waarvan de ouders niet begeleid waren. Voor de meeste kauwvaardigheden en de acceptatie van vast voedsel is geen effect van de ouderbegeleiding aangetoond. Geconcludeerd kan worden dat er terughoudendheid geboden is bij het inzetten van begeleiding aan ouders ter bevordering van de kauwvaardigheid en voedselacceptatie van het kind. Een kanttekening: de onderzoekspopulatie waarvan de video-opnamen beoordeelbaar bleek was relatief klein. Het is aan te bevelen om met vervolgonderzoek de conclusies van dit onderzoek te staven, door de overige voedingsproducten bij deze onderzoekspopulatie te beoordelen, voor zover die gestandaardiseerd zijn aangeboden. Bevat tevens een samenvatting in het Engels
Organisatie | Hanze |
Opleiding | Logopedie |
Afdeling | Academie voor Gezondheidsstudies |
Datum | 2019-06-12 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |