De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

Verslaafd, en hoe zit het met het sociale netwerk?

Open access

Rechten:Alle rechten voorbehouden

Verslaafd, en hoe zit het met het sociale netwerk?

Open access

Rechten:Alle rechten voorbehouden

Samenvatting

Aanleiding: Het lectoraat Verpleegkundige Diagnostiek en het lectoraat Verslavingskunde hebben een vraagstuk ontworpen om te onderzoeken wat de invloed van het sociale netwerk is tijdens het herstelproces van patiënten met een verslaving.
Inleiding: In Nederland zijn in totaal 2 miljoen mensen die verslaafd zijn of een middel misbruiken. Verslaving wordt beschouwd als een chronische psychiatrische aandoening en iedereen heeft op de één of andere wijze met verslaving of verslaafden te maken. Het op tijd signaleren en beperken van een verslaving kan schadelijke gevolgen voorkomen. De huis- arts is in staat om een mogelijke verslaving te signaleren tijdens het spreekuur omdat deze groep patiënten de huisarts bezoekt met uiteenlopende klachten, die gerelateerd kunnen zijn aan een mogelijke verslaving of het herstel daarvan. De huisarts en verpleegkundige kunnen tijdens het spreekuur vragen welke steun en ervaringen de patiënten hebben binnen hun sociaal netwerk, tijdens het herstelproces en dit in kaart brengen.
Doelstelling: In dit onderzoek staat de volgende doelstelling centraal: “De ervaringen van de patiënten met een verslaving bij de huisartsenpraktijk met hun sociale netwerk tijdens het herstelproces in kaart brengen”.
Vraagstelling: De vraag die centraal staat in dit onderzoek is: “Wat zijn de ervaringen van patiënten met een verslaving bij de huisartsenpraktijk met hun sociale netwerk, tijdens het herstelproces van de patiënt met een verslaving?’’.
Onderzoeksmethode: Dit onderzoek heeft een kwalitatief design. Er werd een praktijkonderzoek verricht door patiënten te interviewen, die binnen de huisartsenpraktijk bekend waren met een verslaving. Er is getracht om het sociale netwerk in kaart te brengen van patiënten met een verslaving, om zo een beeld te krijgen wat de invloed van dit netwerk was op het herstel van de verslaving.
Onderzoeksresultaten: De respondenten waren tussen de 30 en 62 jaar oud, waarvan zes mannen en twee vrouwen. Het atheneum en HBO waren de hoogst genoten opleidingen. Bij zeven van de acht respondenten startte het gebruik van alcohol en/of drugs in hun pubertijd. Twee van de acht respondenten gaven aan één of twee vrienden te hebben waar zij af en toe op visite gaan en waar mee gepraat kan worden. De andere zes respondenten gaven aan geen vrienden te hebben. Meerdere respondenten gaven aan van kleins af aan veel alleen te zijn geweest. De familiebanden met de ouders, broers en/of zussen zijn uiteenlopend van een goede band, tot geen contact meer met familie hebben. Het merendeel van de respondenten geeft aan veel steun van de hulpverlening waaronder de huisarts en praktijkondersteuner te hebben gehad, wat bevorderend werkte. Daarnaast gaven de respondenten aan dat intrinsieke motivatie van belang was, omdat voor een ander stoppen niet zou werken. Uit de ervaringen van de respondenten kwam naar voren dat het merendeel een problematische jeugd heeft gehad en dat dit belemmerend werkte op het herstelproces.
Discussie: Er werd gestreefd naar een zo hoog mogelijke validiteit en betrouwbaarheid binnen het onderzoek. Het verzadigingspunt is niet bereikt vanwege de beperkte tijd. Daarnaast ging niet iedere respondent akkoord met het opnemen van het interview. Van de interviews zonder geluidsopnamen, werden samenvattingen van het gesprek gemaakt en daardoor anders getranscribeerd. Dit heeft deels geleid tot een andere uitwerking van het interview.
Conclusie: De ervaringen van de respondenten waren wisselend over het sociaal netwerk tijdens het herstelproces van de verslaving. Het sociale netwerk met betrekking tot familie werd zowel bevorderend als belemmerend ervaren. Afhankelijk van de band met de (schoon) familie was er wel of geen steun en begrip tijdens het herstelproces.
Professionele zorgverlening vanuit de huisartsenpraktijk, VNN en Lentis werden als bevorderend en steunend genoemd en waarbij het luisterend oor als prettig werd ervaren.
Aanbeveling: Aan B.C. Dusseldorp, het lectoraat Verslavingskunde en het lectoraat Verpleegkundige Diagnostiek wordt aanbevolen om meer praktijkonderzoek te doen naar de ervaringen van patiënten met een verslaving door middel van interviews en/of enquêtes, binnen de huisartsenpraktijk. Dit kan bijdragen aan gerichtere hulp, behandeling of verwijzing die nodig is om de patiënt te ondersteunen in het herstelproces.

Toon meer
OrganisatieHanze
OpleidingHBO-Verpleegkunde
AfdelingAcademie voor Verpleegkunde
Jaar2018
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk