Melanoom metastase naar pleuravocht
een casus uit de praktijkMelanoom metastase naar pleuravocht
een casus uit de praktijkSamenvatting
In dit onderzoek is er gekeken naar pleuravocht van een patiënt en de daarin aanwezige celtypes. Pleuravocht is een ophoping van vocht in de pleurale holtes tussen de borstkas en longen. Een vermeerdering van pleuravocht kan verschillende oorzaken hebben, zoals ontstekingen en tumoren. Om erachter te komen wat de oorzaak is van de ophoping van pleuravocht bij deze patiënt zullen er verschillende verwerkingsstappen en onderzoeken uitgevoerd moeten worden. Dit is als volgt gedaan; het verkregen pleuravocht is verwerkt zodat er een uitstrijkje van gemaakt kon worden, dat vervolgens gekleurd is met de May-Grünwald Giemsa kleuring.
Vervolgens werd het overige pleuravocht gefixeerd voor het maken van een dunne laag, die gekleurd werd met de Papanicolaou kleuring.
Als laatste is het aanwezige stolsel histologisch verwerkt en ingebed voor het maken van coupes voor de Haematoxyline & Eosine kleuring, immunologische kleuringen en moleculair mutatie analyse onderzoek. Met behulp van de verschillende kleuringen, MGG/ PAP en HE, werd er als eerste gekeken naar de morfologie van de cellen in het pleuravocht. Er waren zeer atypische cellen in dit pleuravocht aanwezig die allemaal van elkaar verschilden qua morfologie. De cellen lagen allemaal solitair en hadden verschillende cytoplasma hoeveelheden, vergrote kernen, verstoorde NC-ratio’s, nucleoli, polymorfe kernen, anisokaryose, grof/ irregulair chromatine, gevacuoliseerde cytoplasma’s en blebjes. Met de gebruikte immunohistochemische kleuringen bleken de cellen positief te zijn voor het S100 antigen en voor het WT1 antigen. Deze positiviteiten wijzen op de aanwezigheid van een melanoom in het pleuravocht. Terugkijkend naar de resultaten van de gebruikte kleuringen blijkt het melanoom amelanotisch te zijn vanwege de afwezigheid van melanine pigment. Uiteindelijk is met de moleculaire techniek bepaald dat dit melanoom veroorzaakt was door een mutatie op het BRAF-gen.
Er was dus een gemetastaseerd amelanotische melanoom aanwezig in het pleuravocht van de patiënt, dat behandeld kon worden met BRAF inhibitors.
Organisatie | HAN University of Applied Sciences |
Afdeling | Academie Toegepaste Biowetenschappen en Chemie |
Partner | MUMC+, afdeling Cytologie, Maastricht |
Datum | 2024-04-15 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |