De ervaringen van volwassen ex-ICpatiënten met de Balanstraining en de vragenlijst
De ervaringen van volwassen ex-ICpatiënten met de Balanstraining en de vragenlijst
Samenvatting
In 2014 waren in Nederland 86.169 opnames op een intensive care (IC) afdeling (Stichting
Nationale Intensive Care Evaluatie, 2015). Deze opnames kennen veel verschillen in
opnamereden, leeftijd en comorbiditeit. Ongeveer 80% van de IC-patiënten heeft een korte
verblijfsduur van 1-3 dagen. 10% van de patiënten wordt langer dan een week op de
intensive care behandeld (Kerckhoffs, Soliman, Wolters, Kok, Schaaf & Dijk, 2016). 91,5%
van de IC-patiënten verlaat levend de intensive care afdeling (Stichting Nationale Intensive
Care Evaluatie, 2015). Waarbij 23% van de ex-IC-patiënten na een jaar is overleden
(Brackel, Schaaf & Dijk, 2015). Dit laat zien dat patiënten na ontslag nog met veel
gezondheidsproblemen kampen. De hoogstaande intensieve zorg die er op de afdeling wordt
geleverd, wordt onvoldoende gecontinueerd in het nazorgtraject voor ex-IC-patiënten.
Steeds meer ziekenhuizen beschikken over een IC-nazorgpoli. Slechts de helft van de
Nederlandse intensivecareafdelingen beschikt volgens Brackel-Welten (2014) over
geprotocolleerde nazorg in de vorm van IC-nazorgpoliklinieken. Volgens H.Oonk (2016)
heeft slechts één derde van de Nederlandse IC-afdelingen deze nazorg. Als een patiënt
meer dan 48 uur op de IC heeft gelegen kan zij de IC-nazorgpoli bezoeken. Twee derde van
de ex-IC-patiënten heeft behoefte aan een polibezoek (Nazorgpoli, z.d.). Tijdens een
polibezoek zijn er gesprekken met patiënten en naasten over de opnameperiode en kunnen
zij een rondleiding op de IC krijgen. De patiënten kunnen informatie krijgen over klachten en
symptomen die zij ervaren. Deze klachten en symptomen beperken zich niet alleen tot de tijd
dat zij gebruik kunnen maken van de nazorgpoli. Ook in de periode daarna blijven ex-ICpatiënten
klachten houden.
Er is steeds meer bewijs dat ex-IC-patiënten nog jaren na de IC-opname klachten
ondervinden op fysiek, psychisch en cognitief vlak. Sinds 2012 zijn deze klachten door de
Society of Critical Care Medicine gedefinieerd als het Post Intensive Care Syndroom (PICS)
(Brackel, Schaaf & Dijk, 2015). Een veelvoorkomend fysieke klacht is spierzwakte. De
spierzwakte treedt geschat bij 40-60% van de IC-patiënten op en kan soms jaren
aanhouden. Dit heeft gevolgen voor het uitoefenen van de dagelijkse activiteiten. Dit leidt tot
mentale belasting bij de patiënt zelf en bij familie en naasten. Naast fysieke klachten spelen
er ook cognitieve problemen. Dit zijn problemen op het gebied van geheugen, aandacht,
probleemoplossend vermogen en het uitvoeren van taken. Bij meer dan 40% van de
patiënten die op een IC hebben gelegen treden deze problemen op (Roekaerts, z.d.). Dit is
onafhankelijk van leeftijd, de diagnose bij IC-opname en pre-existente aandoeningen. De
psychiatrische aandoeningen die veelal ontstaan zijn angst, depressie, slaapproblemen en
het posttraumatisch stress syndroom. De helft van de patiënten is pas na één jaar weer in
staat te werken en één derde zal daar nooit meer toe in staat zijn (Brackel-Welten, 2014).
Het is hierdoor aannemelijk dat een IC-patiënt na ontslag baat heeft bij een interdisciplinaire
revalidatiebehandeling. Net zoals er een revalidatierichtlijn bestaat na een beroerte, kanker
of hartfalen bestaat er geen richtlijn voor de patiëntenpopulatie met PICS (Brackel, Schaaf &
Dijk, 2015). De laatste jaren is er gelukkig steeds meer samenwerking tussen ICverpleegkundigen,
onderzoekers en ervaringsdeskundigen. De landelijke stichting Family
and patient Centered Intensive Care (FCIC) heeft een belangrijke rol in het delen en
verspreiden van kennis. De stichting deelt en verspreidt informatie over de psychosociale,
cognitieve en fysieke gevolgen van een IC-opname voor de patiënt. Daarnaast heeft FCIC
de familieparticipatie op de IC als aandachtspunt (Family and patient Centered Intensive
Care, z.d.).
Op initiatief van Gezondheidszorgcoach en in samenwerking met I. Nutma is een tien weken
durende Balanstraining opgezet voor ex-IC-patiënten. Deze Balanstraining is ontwikkeld voor
ex-IC-patiënten die klachten van PICS na negen maanden ontslag nog steeds ervaren. Waar
de nazorgpoli maar maximaal één jaar hulp biedt aan ex-IC-patiënten, biedt de
Balanstraining een mogelijkheid om deze patiënten na die periode ondersteuning en tools te
8
geven om uiteindelijk zelfstandig zorg te dragen voor balans in het leven. Daarnaast geeft de
Balanstraining inzicht in de leefstijl van de deelnemers waardoor een verandering in leefwijze
kan ontstaan. Het doel van de Balanstraining is om balans in leven en lijf te ervaren (Oonk,
2015). Mindfulness, lotgenotencontact en informatieverstrekking zijn op zichzelf staande
interventies die wetenschappelijk onderbouwd zijn. Deze interventies vormen de
speerpunten van de Balanstraining (Oonk, 2016). Mindfulness is de bewuste aandacht die
op het huidige moment bestaat zonder te oordelen (Paulson, Davidson, Jha & Kabat-Zinn,
2013). Om de signalen van lichaam en geest sneller op te pakken en bijvoorbeeld stress
anders te ervaren. Naast mindfulness blijkt lotgenotencontact belangrijk bij het verwerkingsen
acceptatieproces. Het geeft erkenning en herkenning van elkaars problemen en
behoeften. Samen met informatieverstrekking en psycho-educatie vormen deze de
speerpunten van de Balanstraining (Oonk, 2016). De Balanstraining is in januari 2016 voor
het eerst gestart, het is nog niet duidelijk hoe de deelnemers deze training ervaren. De
opdrachtgever wil hier graag duidelijkheid over hebben zodat de Balanstraining
geoptimaliseerd kan worden. Ook wil de opdrachtgever graag weten hoe de deelnemers het
gebruik van de vragenlijst ervaren. Deze is door Mak en Swinkels ontworpen om de effecten
van de Balanstraining in kaart te brengen. Naast de ervaringen van de deelnemers en het
gebruik van de vragenlijst is de opdrachtgever ook benieuwd of de effecten die de
deelnemers ervaren terugkomen in de vragenlijst.
Om de effecten van de Balanstraining in kaart te brengen is onderzoek nodig. Mak en
Swinkels (2015) hebben in een voorgaand onderzoek een vragenlijst samengesteld uit
bestaande gevalideerde instrumenten die mogelijk de effecten van de Balanstraining in kaart
kan brengen. De vragenlijst is opgenomen in bijlage 2. De vragenlijst is voor de eerste keer
afgenomen in januari 2016. De vragenlijst wordt driemaal verstrekt aan de deelnemers die
de Balanstraining volgen. Er is hierbij een voormeting, die vóór de training wordt afgenomen.
Een nameting, die na de training wordt afgenomen en een meting die na drie maanden na
afloop van de training wordt afgenomen. Door deze drie metingen beogen Mak en Swinkels
de veranderingen die de deelnemers ervaren voortkomend uit de Balanstraining te kunnen
onderzoeken. De vragenlijst die is samengesteld bestaat uit vier bestaande vragenlijsten. De
vier valide en betrouwbare vragenlijsten zijn de Nederlandse WHOQoL-Bref, DGSES, PAM-
13 en DASS-21. Door literatuuronderzoek, adviezen van experts en de vragenlijsten te
testen bij ex-IC-patiënten zijn Mak en Swinkels overtuigd dat de vragenlijst de effecten van
de Balanstraining meet.
Mak en Swinkels (2015) hebben onderzoek gedaan naar de beoogde effecten van de
Balanstraining op kwaliteit van leven en herstel. Hieruit zijn vijf hoofdeffecten van de
Balanstraining uitgekomen, namelijk:
welbevinden;
wederzijdse ondersteuning;
kennis, vaardigheden en empowerment;
preventieve werking gebruik gezondheidszorg;
overig.
Organisatie | HAN University of Applied Sciences |
Opleiding | Verpleegkunde |
Afdeling | Academie Gezondheid en Vitaliteit |
Lectoraten | |
Lectoraat | Acute Intensieve Zorg |
Partner | Hogeschool van Arnhem en Nijmegen/Lectoraat Acute Intensieve zorg |
Datum | 2017-01-02 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |