Autonome motivatie ondersteunen met structuur in de les
Autonome motivatie ondersteunen met structuur in de les
Samenvatting
Dit onderzoeksverslag is geschreven voor de studie Master Educational Needs. In dit onderzoek staat deze onderzoeksvraag centraal: Hoe kan ik met de leerkrachten van groep 5 en 6 ervoor zorgen dat er een ononderbroken ontwikkelproces ontstaat in de lesopbouw van de vakken rekenen, taal en begrijpend lezen, zodat leerlingen meer voorspelbaarheid, betrouwbaarheid en autonomie ervaren? In de groepen 5 tot en met 8 wordt door leerkrachten en leerlingen ervaren dat de werkhouding van veel leerlingen nog niet is zoals we dat zouden willen. Beiden geven aan veel verstoringen te ervaren in de diverse fasen van de les. Dit onderzoek kan een bijdrage leveren aan het verbeteren van autonomie ondersteunend lesgeven (Hornstra, Weijers, Van Der Veen & Peetsma, 2016). Hierdoor verbetert mogelijk de werkhouding van leerlingen. Als onderzoeksstrategie is gekozen voor een kwalitatief actie-onderzoek (De Lange, Schuman, Montessori, 2016). Door middel van interviews, enquêtes en observaties is in kaart gebracht op welke manier de lessen voorafgaand aan het onderzoek zijn vormgegeven, wat de ervaringen zijn met de werkhouding van de leerlingen en wat schoolafspraken zijn over het directe instructiemodel (Veenman, 2001). Vervolgens is met behulp van literatuuronderzoek nagegaan welke onderdelen van het directe instructiemodel verbetering behoeven en welke passen bij autonomie ondersteunend lesgeven en de visie van de school. Daarop is een interventie ontwikkeld en deze is getest. In de onderzoeksinterventie is de autonomie van de leerlingen ondersteund door voorkennis op te halen en de relevantie van het lesdoel te bespreken. Verder hebben de kinderen ook op twee andere momenten in de les een stem gekregen: tijdens de kleine lesafsluiting en de lesafsluiting kunnen zij aangeven wat voor hen belangrijk is en of ze zelf vinden dat ze het lesdoel gehaald hebben en waarom. Door het geven van betekenisvolle uitleg en keuzes met structuur, het gebruik van informatieve taal en door zich te verplaatsen in de leerling hebben de leerkrachten de autonomie van de leerlingen ondersteund (Hornstra, Weijers, Van Der Veen & Peetsma, 2016). Het onderzoek wijst uit dat het toepassen van de onderzoeksinterventie op deze school leidt tot minder verstoringen in de les en een betere werkhouding bij leerlingen.
Organisatie | Fontys |
Opleiding | Master Educational Needs |
Afdeling | Fontys Opleidingscentrum Speciale Onderwijszorg |
Datum | 2019-06 |
Type | Master |
Taal | Nederlands |