Wat voor informatie geeft de playlist van kinderen en wat kunnen we ermee in het muziekonderwijs?
Wat voor informatie geeft de playlist van kinderen en wat kunnen we ermee in het muziekonderwijs?
Samenvatting
Uit het onderzoek van Haanstra (2008) naar de beeldende thuiskunst van scholieren blijkt dat de thuiskunst van scholieren veelzijdig is en dat leerkrachten vaak geen goed beeld hebben van wat leerlingen thuis aan kunst doen. Van Hoek (2010) noemt in haar onderzoek naar de muzikale thuiskunst van basisschoolleerlingen onder andere vormen van thuiskunst. In dit onderzoek zijn wij verder gegaan met één zo’n vorm, namelijk het luisteren van muziek. We hebben in kaart gebracht wat leerlingen in de leeftijd van 10 tot 12 jaar van drie verschillende scholen op hun playlist hebben staan, hoe zij de playlist thuis gebruiken en welke criteria en invloeden er zijn voor het toevoegen van muziek aan een playlist. Ook hebben we onderzocht in hoeverre groepsleerkrachten hiervan op de hoogte zijn en of zij mogelijkheden zien om in de muziekles aan te sluiten op de muziek van kinderen.
Uit de resultaten is gebleken dat popmuziek de meeste voorkomende muziekstijl is, dat het overgrote deel van de liedjes recent en Engelstalig is en afkomstig van een mannelijke artiest. We hebben geen significante verschillen gevonden tussen de scholen die verschillen in populatie en plaats. Tussen jongens en meisjes hebben we wel significante verschillen gevonden bij de variabelen muziekstijlen, jaartallen en geslacht van artiesten. Leerlingen luisteren vooral thuis na schooltijd muziek als begeleiding van andere activiteiten. De belangrijkste criteria voor leerlingen om muziek aan een playlist toe te voegen zijn de eigen muzikale smaak en meer op willen zoeken van een favoriete artiest. De grootste invloed bij de totstandkoming van de playlists is de media en dan met name Spotify en Youtube. De leerlingen halen de meeste liedjes uit deze bronnen. Wij denken dat de werkwijze van deze bronnen eraan bijdraagt dat de inhoud van de playlists grotendeels constant blijft, bij opening van het programma worden de leerlingen namelijk steeds geconfronteerd met vorige zoekopdrachten en voorzien van nieuwe suggesties. Leerkrachten zijn redelijk goed op de hoogte van de inhoud van de playlists en de criteria en invloeden op basis waarvan leerlingen muziek toevoegen. Ook zien leerkrachten mogelijkheden om aan te sluiten bij de muziek die op de playlists staan. Maar leerkrachten zien ook bezwaren en belemmerende factoren.
Wij denken dat in het kader van onderzoek naar muzikale thuiskunst van scholieren en de rol van educatie hierin de vraag moet zijn ‘wat kunnen we in het muziekonderwijs doen met de wijze waarop de leerlingen zich online begeven in muzikale netwerken?’. Onze aanbeveling voor het onderwijs is om in de muziekles aan te sluiten bij de handelingen die leerlingen uitvoeren voor het verzamelen, luisteren en delen van muziek. Hiermee wordt aangesloten bij de voorkennis en belevingswereld van de leerling, maar ook een verbinding gelegd met de professionele kunst(muziek)wereld, beide kenmerken van authentieke kunsteducatie. Deze stap kan ervoor zorgen dat educatie participeert in de muzikale netwerken die Young (2012) beschrijft en dat muzikale netwerken vervolgens worden uitgebreid.
Organisatie | Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten |
Opleiding | Master Kunsteducatie |
Afdeling | Breitner Academie |
Datum | 2016-06-10 |
Type | Master |
Taal | Nederlands |