Samenvatting

Voordat kinderen met een taalontwikkelingsprobleem behandeld worden, vindt diagnostisch onderzoek plaats. Een veelgebruikt diagnostisch instrument binnen het werkveld, dat sinds 2008 in Nederland op de markt is, is de Clinical Evaluation of Language Fundamentals 4 – Nederlandse versie (CELF-4-NL). Dit diagnostisch instrument wordt gebruikt bij een vermoeden van communicatie- en/of taalproblemen.
Vooral binnen het speciaal basisonderwijs is een hulpvraag ontstaan, namelijk of de gehanteerde normtabellen van de huidige CELF-4-NL valide zijn bij kinderen met een benedengemiddelde intelligentie. Vanuit deze hulpvraag is dit onderzoek opgesteld in de vorm van een pilotnormering. Gedurende de testafname werden de eerste acht subtests afgenomen, om zo de algehele taalontwikkeling in kaart te brengen.
De uiteindelijke onderzoekspopulatie bestond uit 74 kinderen in de leeftijd van 5;00 tot en met 7;11 jaar uit het speciaal basisonderwijs met een intelligentie quotiënt tussen 70 en 85 (-1 tot -2 SD). De werving van deze 74 kinderen vond plaats verspreid over heel Nederland, waarbij er gestreefd werd naar het testen van een gelijk aantal kinderen in iedere provincie, zowel in een landelijk als stedelijk gebied.
Met het pilotnormeringsonderzoek werden significante verschillen aangetoond. De kinderen met een benedengemiddelde intelligentie behaalden significant lagere resultaten op de CELF-4-NL in vergelijking met de kinderen met een gemiddelde intelligentie.