Samenvatting

Achtergrond: Steeds meer mensen overleven een cerebraal vasculair accident (CVA) en moeten daarna leren leven met de gevolgen hiervan. Deze gevolgen kunnen onder andere tot uiting komen in een verminderde loopafstand.
In de sub- en postacute fase van een CVA is de kans op herstel groter dan in de chronische fase van een CVA. Daarom is het belangrijk om te weten wat de meest effectieve therapie is voor CVA patiënten om opnieuw de maximale loopafstand te bereiken. Dit is vooral belangrijk met betrekking tot de kwaliteit van leven na een CVA.
Doel: Het onderzoek richt zich op de beantwoording van de volgende vraag: Welke therapie geeft het beste resultaat bij de patiënt in de sub- en postacute fase van een CVA ten aanzien van het vergroten van de loopafstand naar de maximale loopafstand op de desbetreffende leeftijd? Het onderzoek vindt plaats in de vorm van een systematic review.
Methode: In de databanken: Medline (PubMed), Cochrane Library, PEDro en Google Scholar is gezocht met de zoektermen: Cerebrovasculair Accident, Stroke, Acute, Physical therapy, Physiotherapy, Walking, Gait, Treadmill, Exercise therapy en Rehabilitation.
Inclusiecriteria: onderzoekspopulatie waarbij een CVA is gediagnosticeerd, leeftijd >18 jaar, linker of rechter hemiparese, in het Engels gepubliceerde literatuur, artikelen die gepubliceerd zijn na 31 december 2003, Six Minute Walk Test (6MWT). Het onderzoeksformat betreft een Randomized Controlled Trial (RCT).
Exclusiecriteria: geen Comorbiditeit.
T.a.v. de methodologische kwaliteit zijn de studies beoordeeld met de PEDroschaal. In totaal zijn vijf Randomized Controlled Trials (RCT’s) geschikt bevonden.
Resultaten: Drie RCT’s behaalden positieve resultaten met significant verschil P= 0.001 met de Gait trainer (Lokomotor). In één RCT kwamen geen duidelijke verschillen naar voren en in één RCT behaalde de Gait trainer (Lokomotor) negatieve resultaten zonder significant verschil.
Slotbeschouwing: Uit de artikelen komt geen eenduidigheid naar voren en is er geen statistisch significant effect voor één bepaalde therapie naar voren gekomen. Daarom is het van belang dat de komende jaren meer onderzoek wordt gedaan naar de effecten van de Gait trainer met of zonder gewichtsondersteuning, aerobic training, conventionele therapie of een combinatie hiervan. Dit onderzoek moet vooral plaats vinden in de sub- en postacute fase van een CVA