De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen

Een onderzoek naar de gevolgen voor de gemeente

Rechten:

De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen

Een onderzoek naar de gevolgen voor de gemeente

Rechten:

Samenvatting

De overheid is voornemens om op 1 januari 2018 de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen inwerking te laten treden. Het doel van dit wetsvoorstel is om de kwaliteit in de bouw te verbeteren. Om dit doel te bereiken wordt enerzijds de positie van de bouwconsument versterkt door middel van wijzigingen in het Burgerlijk Wetboek (het private spoor). Anderzijds wordt een nieuw stelsel van kwaliteitsborging in de bouw geïntroduceerd. In dit nieuwe stelsel komt de verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid voor het voldoen aan bouwregelgeving in handen te liggen van de markt (het publieke spoor). Het publieke spoor voorziet daarmee in een herverdeling van de verantwoordelijkheden en taken van de betrokken partijen in de bouw. Hiermee wordt de relatie tussen de opdrachtgever, de bouwconsument, de bouwende partijen en de gemeente evenwichtiger. Door deze herverdeling, zal het takenpakket van de gemeente gaan veranderen. Omdat de huidige werkprocessen, verordeningen en beleidsregels die betrekking hebben op kwaliteitsborging in de bouw gebaseerd zijn op het huidige takenpakket, zullen ook de werkprocessen, beleidsregels en verordeningen moeten mee veranderen. In opdracht van de gemeente Woerden is daarom een onderzoek uitgevoerd naar de gevolgen van het wetsvoorstel voor het takenpakket en daarmee de werkprocessen, de verordeningen en het beleid voor de gemeente Woerden.

Het doel van dit onderzoek is de gemeente Woerden adviseren hoe de huidige werkprocessen, verordeningen en beleid aangepast moeten worden als gevolg van het nieuwe takenpakket van de gemeente door de komst van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen. De bijbehorende centrale vraag luidt: ‘Wat moet de gemeente Woerden aanpassen aan haar werkprocessen, legesverordening en handhavingsbeleid om te voldoen aan het wetsvoorstel kwaliteitsborging voor het bouwen, blijkens wet- en regelgeving, literatuurstudie en ervaringen van pilotdeelnemende gemeenten en deskundigen?’. Een combinatie van wetsanalyse, literatuurstudie en het afnemen van interviews hebben geleid tot een antwoord op deze centrale vraag.

In het toekomstige stelsel heeft de gemeente nog steeds de taak om toezicht te houden op de naleving van de bouwtechnische voorschriften van het Bouwbesluit. Echter, verandert de wijze waarop dit toezicht wordt vormgegeven. In plaats van de gemeente, voert namelijk een gekwalificeerde marktpartij (de kwaliteitsborger) in opdracht van de vergunninghouder het bouwtechnische toets- en toezicht uit. In plaats hiervan, krijgt de gemeente er administratieve taken bij. Zo moet de gemeente in het toekomstige stelsel controleren of er gebruik wordt gemaakt van een gekwalificeerde kwaliteitsborger, die gebruik maakt van een toegelaten beoordelingsmethodiek (het zogenaamde instrument). Dit nieuwe stelsel zal gaan gelden voor bouwwerken die onder gevolgklasse 1 vallen (zie bijlage 3). Tevens wordt een categorie bouwbesluittoetsvrije bouwwerken geïntroduceerd. Bouwwerken die onder deze gevolgklasse vallen hoeven door de gemeente niet meer te worden getoetst aan de bouwtechnische voorschriften. Voor deze categorie hoeft ook geen gebruik te worden gemaakt van een kwaliteitsborger. De gemeente Woerden moet haar werkprocessen in overeenstemming brengen met dit nieuwe takenpakket (bijlage 7). In bijlage 8 zijn de (nieuwe) werkprocessen als gevolg van de vervallen, bijkomende en gelijkblijvende taken schematisch weergegeven.


In het huidige stelsel heeft de gemeente in haar handhavingsbeleid doelstellingen gesteld. Het handhavingsbeleid wordt vervolgens jaarlijks door de gemeente vertaald in het handhavingsuitvoeringsprogramma. Hierin worden prioriteiten gesteld, waarmee sturing wordt gegeven aan de inspanningen van toezicht en handhaving. Deze prioriteiten zijn gebaseerd op de huidige toezicht- en handhavingstaken van de gemeente. Deze prioriteiten moeten dan ook in overeenstemming worden gebracht met het nieuwe of vervallen toezichts- en handhavingstaken van de gemeente. De verwachting is dat de prioriteiten in het toekomstige stelsel van nieuwbouw naar bestaande bouw, en van de bouwtechnische voorschriften naar omgevingsveiligheid zullen gaan verschuiven.

De aanvraag om de omgevingsvergunning voor bouwwerken onder gevolgklasse 1 en de categorie bouwbesluittoetsvrije bouwwerken, hoeft door de gemeente niet meer te worden getoetst aan de bouwtechnische voorschriften. Hierdoor neemt de behandeling van de aanvraag minder tijd en capaciteit van de gemeente in beslag. Dit geldt echter niet voor de categorie bouwbesluittoetsvrije bouwwerken, omdat deze in de praktijk al niet meer of minimaal getoetst worden. De kosten van de gemeente voor de behandeling van de aanvraag voor de bouwwerken onder gevolgklasse 1, zullen gaan dalen. Hierom wordt aanbevolen om in de legesverordening een bepaling op te nemen, die regelt dat voor bouwwerken onder gevolgklasse 1 een legeskorting geldt. Er is niet één hoogte van de legeskorting die het beste is. De hoogte is afhankelijk van hoe uitgebreid en tijdrovend de gemeente Woerden het bouwtechnische toets en toezicht uitvoert en daarbij van het standpunt van het college en de gemeenteraad.

De algehele conclusie die voortvloeit uit dit onderzoek, is dat het toekomstige stelsel staat of valt met ‘loslaten’. Als de gemeente haar traditionele taak uit blijft voeren omdat zij geen vertrouwen heeft in de markt, zal de kwaliteitsborger zijn rol niet oppakken en zal de bouwer niet de urgentie voelen om zijn verantwoordelijkheid te nemen. Daarnaast kan geconcludeerd worden dat handhaving in het toekomstige stelsel van kwaliteitsborging erg belangrijk is. De kwaliteitsborger heeft zelf geen handhavingsbevoegdheden. Als het college niet meegaat in handhaving, zal de kwaliteitsborger een gekooide tijger zijn die zijn tanden kan laten zien maar niet kan bijten. Zowel de ambtenaren, het management als het college moeten in deze transitie naar het nieuwe stelsel mee. Naar aanleiding van deze conclusie wordt aanbevolen alle betrokkenen binnen de gemeente mee te nemen in de transitie naar het nieuwe stelsel door een goed verwachtingsmanagement. Dit kan bereikt worden door informatiebijeenkomsten te organiseren en een raadsinformatiebrief op te stellen waarin duidelijk de resterende taken van de gemeente zijn weergegeven.

Toon meer
OrganisatieHogeschool Leiden
OpleidingHBO-Rechten
AfdelingFaculteit M&B
PartnerGemeente Woerden
Datum2017-08-14
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk