De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk

Terug naar zoekresultatenDeel deze publicatie

De invloed van rompfunctionaliteit op het roteren bij E-Hockey

Rechten: Alle rechten voorbehouden

De invloed van rompfunctionaliteit op het roteren bij E-Hockey

Rechten: Alle rechten voorbehouden

Samenvatting

Binnen het elektrisch rolstoelhockey (E-Hockey) zijn sporters ingedeeld in verschillende klassen die iets zeggen over de lichamelijke functie van de sporter in de rolstoel. Deze klassen lopen van 1 tot en met 4, waarbij de functionaliteit van de armen (= arm profile (AP)) en de romp (= trunk profile (TP)) bij elkaar worden opgeteld. Het kan dus voorkomen dat sporters die geen rompfunctie hebben toch in dezelfde klasse terecht komen als sporters die wel degelijk rompfunctie hebben. Zo worden sporters met bijvoorbeeld een 1.5 profiel (1 arm profile en 0.5 trunk profile) geclassificeerd in klasse 1, net zoals de sporter met een 1.0 profiel (1 arm profile en 0 trunk profile). Uit gesprekken met coaches Patricia en Berri van Manen (SV Kampong Hockey) en Thea Smit (Haag 88) is gebleken dat er in spelmogelijkheden wel degelijk verschillen zitten tussen deze twee profielen. Deze verschillen zitten voornamelijk in de maximaal haalbare draaisnelheid per sporter. De hoofdvraag die hieruit voortgekomen is, luidt ‘Wat is de invloed van de centrifugaal kracht tijdens rotaties bij het E-Hockey bij spelers met verschillende mate van rompfunctie?’.
Aan de hand van een tweetal testen is onderzocht wat de invloed van de romp is gedurende rotaties en het doelgericht schieten vanuit een rotatie. De sporters is gevraagd om drie maal een parcours af te leggen met een variabele straal tot het middelpunt en twee maal een bal in het doel te schieten vanuit een rotatie. Met behulp van inertiële sensoren (Shimmer 3) en videoanalyses is de rotatiesnelheid uitgezet en weergegeven in grafieken. Zo is er bekeken of de sporters met rompfunctie hogere rotatiesnelheden kunnen behalen dan de sporters zonder rompfunctie.
Na de dataverwerking met behulp van Matlab zijn de resultaten van de testen weergegeven in grafieken. Per test is per proefpersoon de maximaal behaalde rotatiesnelheid weergegeven.
De resultaten hebben aangetoond dat van de in totaal 15 vergelijkingen tussen sporters met en zonder rompfunctie, in 12 gevallen een hogere rotatiesnelheid wordt behaald door sporters met rompfunctie. Ook de totale gemiddelde maximale rotatiesnelheid van alle sporters met rompfunctie ligt hoger dan die van sporters zonder rompfunctie. Echter door de kleine onderzoekpopulatie kan er geen significant verschil worden aangetoond tussen de twee groepen. Verschillende aspecten kunnen aan dit resultaat hebben bijgedragen. Het aantal proefpersonen dat op voorhand bepaald was voor dit onderzoek is niet behaald. Het is gedurende het onderzoek gebleken dat het lastig is om zoveel proefpersonen met verschillende profielen te vinden. Daarnaast hebben een tweetal foutieve metingen eraan bijgedragen dat niet alle data bruikbaar zijn gebleken voor het onderzoek. Ook is gedurende de metingen gebleken dat de videoanalyses niet bruikbaar zijn geweest terwijl deze wel van toegevoegde waarde hadden kunnen zijn. Bij dit onderzoek is er gekozen om uit de resultaten per test steeds de hoogste rotatiesnelheid te nemen. Echter ligt deze piek niet bij elke proefpersoon op dezelfde plek in de bocht en zou dit bij een vervolgonderzoek meegenomen kunnen worden door een vast moment te kiezen voor het bepalen van de maximale rotatiesnelheid voor elke proefpersoon. Ook kan na dit onderzoek worden vermeld dat de sensoren die gebruikt zijn (Shimmer 3) de juiste resultaten hebben gegenereerd en zeker bruikbaar zijn in het vervolgonderzoek. Ook de onderzoeksopzet bleek goed uitgedacht en heeft de uitkomstparameters gebracht die op voorhand verondersteld waren. Ook de positieve feedback van de sporters heeft dit bevestigd.
Uiteindelijk kan na dit onderzoek worden geconcludeerd dat er een trend waarneembaar is dat sporters met rompfunctie hogere maximale rotatiesnelheden kunnen behalen dan dezelfde geclassificeerde sporters zonder deze rompfunctie.

Toon meer
OrganisatieDe Haagse Hogeschool
OpleidingGVS Mens en Techniek | Bewegingstechnologie
AfdelingFaculteit Gezondheid, Voeding & Sport
Jaar2017
TypeBachelor
TaalNederlands

Op de HBO Kennisbank vind je publicaties van 26 hogescholen

De grootste kennisbank van het HBO

Inspiratie op jouw vakgebied

Vrij toegankelijk