Samenvatting

Het actie-onderzoek gaat over een groepsgerichte benadering van kinderen die moeite hebben om hun aandacht te richten tijdens de instructie- en werkfase. Het betreft vaardigheden die geleerd en versterkt kunnen worden door externe sturing en aanmoediging door volwassenen. Zij brengen structuur aan in situaties waardoor kinderen deze beter kunnen begrijpen en hanteren. Dit is gedaan door in het klassenmanagement de omgeving/situatie te structureren, aan te passen, zodat het kind overzicht, duidelijkheid en voorspelbaarheid krijgt ten aanzien van het gedrag dat verwacht wordt: ‘zo doen we dat’. In de interactie helpt een vriendelijke, duidelijke manier van leiding geven, door een goede basiscommunicatie te hanteren. Het benoemen en bekrachtigen (complimenteren) van gewenst gedrag is een belangrijk onderdeel. Extra prikkeling, uitdaging door meer activerende werkvormen en samenwerkingsvormen zorgt voor een grotere betrokkenheid bij de kinderen. Ten aanzien van de werkfase heeft externe controle en sturing gezorgd voor een hogere taakgerichtheid. Een vervolgstap is het zoeken naar een manier om de kinderen medeverantwoordelijk te maken, zodat ze een goede werkhouding internaliseren