'Een pedagogische tik, wat nu?': informatie en richtlijnen voor het werken binnen de preventieve opvoedingsondersteuning
'Een pedagogische tik, wat nu?': informatie en richtlijnen voor het werken binnen de preventieve opvoedingsondersteuning
Samenvatting
Tijdens het schooljaar '07-'08 heb ik stage gelopen bij Thebe Jeugdgezondheidszorg, binnen de afdeling preventieve opvoedingsondersteuning. Het onderwerp 'de pedagogische tik' kwam geregeld naar voren. Op deze momenten liep ik er tegen aan dat ik, als bijna pedagoog zijnde, niet wist hoe ik met vragen van en adviezen naar ouders rondom het begrip 'pedagogische tik' om kon gaan. Bovendien was ik nieuwsgierig naar de verschillende visies van de medewerkers van Thebe JGZ ten aanzien van dit onderwerp, en de manier waarop hun visies tot uiting komen in hun professioneel handelen. De volgende onderzoeksvraag is hieruit voortgekomen:
Waar moet een pedagoog die werkzaam is binnen de preventieve opvoedingsondersteuning rekening mee houden wanneer hij/zij te maken krijgt met vragen van en adviezen naar ouders rondom het begrip 'pedagogische tik' en in hoeverre komen de visie en professionele handelingswijze van de medewerkers van Thebe JGZ hiermee overeen?
Het doel van het onderzoek is het beschrijven van adviezen over de manier waarop in de praktijk kan worden omgegaan met een pedagogische tik.
Om op de onderzoeksvraag antwoord te geven is er een literatuuronderzoek en een praktijkonderzoek gedaan. In het literatuuronderzoek wordt aandacht besteed aan de houding van de maatschappij ten aanzien van geweld binnen de opvoeding en aan visies van verschillende pedagogen ten aanzien van de pedagogische tik. Daarnaast wordt er ingegaan op psychologische onderzoeken naar de effecten van fysieke straf binnen de opvoeding. De bepaling in het Burgerlijk Wetboek waarin het begrip 'pedagogische tik' naar voren komt wordt beschreven. Tot slot wordt aandacht besteed aan de manier waarop beroepskrachten volgens een expertisecentrum op opvoedingsgebied in de praktijk om kunnen gaan met vragen en adviezen rondom het gebruik van fysieke straf binnen de opvoeding.
Het praktijkonderzoek betreft een kwalitatief onderzoek en de respondenten zijn Jeugdgezondheidszorg verpleegkundigen die werkzaam zijn bij Thebe JGZ. In het praktijkonderzoek wordt ingegaan op de visies van de JGZ verpleegkundigen ten aanzien van het begrip 'pedagogische tik'. Daarnaast wordt er aandacht besteed aan de manier waarop de JGZ verpleegkundigen in de praktijk omgaan met vragen van en adviezen naar ouders rondom het begrip 'pedagogische tik'.
Conclusies:
Het blijkt dat fysieke straf in Nederland voorkomt. Tegelijkertijd is het bij de wet verboden. Er ligt dus een taak bij de overheid, maar ook bij beroepskrachten die werken met ouders om zich in te spannen voor een opvoeding zonder geweld. Beroepskrachten dienen te signaleren en hun zorgen met ouders te bespreken. Belangrijk hierbij is dat ouders niet beschuldigd of veroordeeld moeten worden. Per geval dient na te worden gegaan wat de betekenis van fysiek straffen is voor de kinderen en de ouders en in welke context het plaatsvindt. Beroepskrachten dienen ouders informatie te geven over de nadelen van opvoedingsgeweld. Daarnaast is het belangrijk om de mogelijk effecten en ineffectiviteit van een pedagogische tik te belichten en aan de ouders uit te leggen dat er andere manieren zijn om grenzen te stellen aan het gedrag van hun kind(eren). Voordat er hulp aan ouders gegeven kan worden is het belangrijk om na te gaan wat de oorzaak is van het feit dat ouders fysieke straf gebruiken. In aansluiting op de gevonden oorzaak dient gerichte hulp geboden te worden.
Aanbevelingen:
Naar aanleiding van bovenstaande conclusies is het van belang dat de informatievoorziening voor zowel beroepskrachten als ouders ten aanzien van dit thema verbeterd wordt. Beroepskrachten moeten goed geïnformeerd worden over de wettelijke bepaling rondom geweld in de opvoeding en de aandachtspunten die belangrijk zijn in het werken in situaties waarin sprake is van (het vermoeden van) (een lichte vorm van) opvoedingsgeweld. Ouders kunnen van informatie voorzien worden door middel van de ouderfolder 'Opvoeden zonder geweld' uitgegeven door het Nederlands Jeugdinstituut, themabijeenkomsten, oudercursussen en gesprekken met beroepskrachten. De overheid heeft in dit verband ook een belangrijke taak. De beroepskrachten zullen vanuit de overheid gesteund moeten worden in hun taak richting ouders.
Organisatie | Fontys |
Afdeling | Fontys Pedagogiek |
Jaar | 2008 |
Type | Bachelor |
Taal | Nederlands |